Na een uitstekende nachtrust werden we rond 7 uur verrast met gezang en gebed van de schoolkinderen van de Grieks Orthodoxe Kerk op het plein van de St. George Kerk.
Om 08.15 uur vertrokken we op weg naar Dana Nature Reserve. Buiten Madaba zagen we grote huizen, die in allerlei pastelkleuren waren geverfd. Verder waren er onvoorstelbaar veel huizen in aanbouw en daarom ziet het er onderweg rommelig uit. Overal ligt afval langs de weg en het stikt er van rondvliegende plastic zakken.
Het landschap langs de King's highway was prachtig met aanvankelijk groene valleien met veel olijfplantages en daarna een fabelachtig berglandschap. Velen vinden dit het mooiste deel van Jordanië. De kale ruwe schoonheid, afgewisseld met groene delen, waar de Bedoeïen schapen- en geitenhoeders in grote getale hun kuddes hoedden.
We stopten regelmatig om van de uitzichten te genieten. Eerst bij de Wadi Mujib, waar hier en daar nog een beetje water in stond en veel vogels nestelden aan de rand in de hoge bomen. Vervolgens reden we over de top en daarna door het dal over de enorme dam die men hier heeft aangelegd. Daarna klommen we weer met de auto omhoog en op de top was vanzelfsprekend een koffieplek met uitzicht op het gigantische stuwmeer. We hadden hier een fenomenaal uitzicht en Sammy, een Bedoeïen die hier samen met zijn hond woont verwelkomde ons op een uiterst vriendelijke wijze. Hij sprak perfect Engels en maakte voor ons Arabische koffie met kardamon. Zijn humor was onbegrensd. Hij was 42 jaar en na het overlijden van zijn vrouw twee jaar geleden is hij hier op de berg gaan wonen om overdag de nodige afleiding te hebben. Uiteraard is hij hier 's nacht heel eenzaam. Hij liet ons zijn slaapplaats in zijn tent zien, gekleurde tapijten aan de wand met in het midden een vierkant gestreepte hemel. Tijdens de koffie gezeten op een ware sofa aan de rand van de berg daagde hij Carel uit met een partijtje steengooien vanaf de berg de vallei in. Het is vergeefse moeite als je denkt hem te kunnen verslaan. Enfin je kunt het altijd proberen als je een keertje in de buurt bent! Als grapje moest je als verliezer je eigen steen uit de vallei ophalen, maar dat heb ik maar achterwege gelaten.
Ook Corrie en onze chauffeur Osama deden nog een poging, maar Sammy wierp zijn steen steeds verder weg. Volgens ons verbeterde hij het Olympisch record elke keer weer.
Hij had zo'n lol dat hij aanvankelijk niet wilde dat we onze koffie betaalden, maar gezien zijn harde bestaan en eenzaamheid op de berg stonden we erop dat hij onze donatie accepteerde. Hij bedankte ons veelvoudig.
We reden verder richting Kerak. Onderweg zijn er in Jordanië, zowel op de hoofdwegen, alsook op de wegen in de steden enorm veel verkeersdrempels aangelegd. In Kerak kregen we misschien daarom wel een lekke band en moesten we midden in één van de smalle straatjes in het centrum de band vervangen. Drie mannen hielpen Osama om z.s.m. het wegrijdertje te plaatsen. Het was enorm druk en je kon hier werkelijk van alles kopen, levende kippen, schoenen, fruit, karkassen vlees die gekoeld voor het raam aan een haak hingen enz. enz. Daarna bracht hij ons naar de kolossale Kruisvaardersburcht en ging hij op zoek naar een garage. De grote burcht die tot op vandaag het stadscentrum van Karak nog steeds domineert, werd in 1132 opgericht op wens van de kruisvaarder Boudewijn I die in 1100 na de dood van zijn broer Godfried van Bouillon tot koning van Jeruzalem werd gekroond. De burcht is van 1142 tot 1161 herbouwd over een periode van twintig jaar.
Het kasteel heeft een hoogte van 950 meter en telt zeven niveaus waarbij verscheidene
verdiepingen uit de rotsen zijn gehouwen.
Het is een typische kruisvaarders burcht met stenen gewelven, kamers en gangen die verbonden zijn door zware bogen en deuropeningen en er zijn nog resten van kazernes en kapellen.
De gids vertelde ons dat je als toerist ook nog in één van de gewelven kunt overnachten. Een mooie ervaring misschien voor de echte diehards!
Na ons bezoek lunchten we in een klein Jordaans restaurantje net naast de ingang van de burcht.
We vervolgden onze weg over de prachtig afwisselende King's Highway via Tafilah, een universiteitsstad voor zuid Jordanië. Osama trakteerde ons hier op kanafeh, een verrukkelijke zoete gebakken lekkernij van tarwemeel en kaas met een rode zoete siroop.
Daarna arriveerden we om 16.00 uur in het Dana Guesthouse.
Het Guesthouse ligt op 1176 m met een schitterend uitzicht, waar we heerlijk zittend in de zon op ons terras van konden genieten. De douches en toiletten zijn op de gang, alles ziet er nieuw en heel modern uit.
Toen de zon om 17.45 uur prachtig onderging konden we nog genieten van een geitenhoeder, die zingend en met zijn fluit heel melodieus met zijn kudde in het dal langs het Guesthouse liep.
Om 18.30 uur stond het diner gereed. Het was lekker en gezellig. In een gemêleerd gezelschap van Fransen, Engelsen, een Schot met zijn Nederlandse vrouw en een Japanse was het goed vertoeven.
Momenteel zijn er zeven natuurreservaten in Jordanië en er zijn plannen om dit aantal nog verder uit te breiden. Het gemakkelijkst toegankelijk is het natuurreservaat Dana in het zuiden tussen Tafilah en Petra. Het bestaat uit een aantal ruige bergen en dalen die zich van het hoogland tot de laaggelegen woestijn van Wadi Araba uitstrekken. Het hoogteverschil bedraagt meer dan 1600 meter en het reservaat omvat dan ook een aantal uiteenlopende ecosystemen, van mediterraan bos tot droge zandwoestijn. Veel dieren die in Dana voorkomen worden ernstig bedreigd (de woestijnkat, Syrische wolf en de torenvalk).
Iit
Geen opmerkingen:
Een reactie posten