Dag 9 zondag 30 maart
Het was zaterdagavond wat later geworden door een verrassings uitnodiging van Jordan Experiënce om in het Ali Baba restaurant niet ver van ons hotel te komen eten. Tot onze verbazing werden we hier verwelkomd door Jaap Heester, manager groepsreizen Wereldcontact en eigenaar Makor reizen. Hij was voor zaken in Jordanië en wist volgens ons reisschema dat wij op dat moment in Petra waren. Hij was benieuwd naar onze bevindingen in Jordanië tot nu toe. Het werd een heel gezellige avond met heerlijk eten en omdat in het restaurant geen alcohol werd geschonken besloten we dit verrassingsbezoek af te sluiten met een glaasje in een bar naast de ingang van de Siq richting Petra. Om 23.00 uur waren we terug in ons hotel.
We maakten een redelijke nachtrust, maar rond 05.30 uur werden we luidruchtig vanuit de moskee, die op een steenworp van ons hotel staat, gewekt voor het ochtendgebed. We raken hier maar niet aan gewend.
Om half negen werden we in de lobby verwelkomd door Moad, onze gids voor vandaag. Hij woont in Klein Petra en is daar opgegroeid.
In een vlot tempo en met een koud aanvoelend windje liepen we in 10 minuten de berg af richting de ingang van Petra.
We kwamen op een groot plein, waar men de laatste hand legt aan een nieuw informatiecentrum. Verder zijn hier veel souvenirwinkeltjes. Moad zei dat we flink door moesten lopen om de busladingen voor te blijven. Onderweg vertelde hij ons uitgebreid over de geschiedenis en het ontstaan van Petra.
Petra was de Griekse naam van de hoofdstad van de Nabateëers en is gelegen in een kloof in de bergen. De stad is gedeeltelijk uitgehakt in de rotsen en is slechts toegankelijk via een smal bergpad vanuit het noordwesten of vanuit het oosten door een 1216 meter lange en tot 120 meter hoge rotskloof “de Siq”. De Siq is op zijn smalste plaats slechts 2 meter breed. Via een goot in de rotswand van de Siq brachten de Nabateëers water binnen. De bloeitijd van de stad was te danken aan de handelsroute voor wierook vanuit Jemen naar Perzië, Syrië en de Griekse en Romeinse rijken.
Petra was een knooppunt voor deze handelsroutes. De belastingopbrengsten (10% van de waarde van de karavaan) maakten de heersers van Petra schatrijk. De Nabateëers hadden lange tijd een eigen koninkrijk. In 106 werd hun rijk door het Romeinse Rijk veroverd en ging het gebied deel uitmaken van de provincie Arabia. Later werd de stad de zetel van een bisdom, maar in 551 was de stad het toneel van zowel een beleg en inneming van de Byzantijnen op de Perzen als van een vernietigende aardbeving. Na die tijd werd de stad verlaten.
Aan het einde van de Siq stonden we oog in oog met Het bekendste monument in Petra, de Khazaneh (Treasury). Dit gebouw was een graftempel die werd uitgehouwen uit de rotsen in de periode van koning Aritas de vierde (tussen 9 voor Chr. en 40 na Chr.). De voorgevel, uitgevoerd in een dubbele Corinthische orde, is 43 meter hoog en 30 meter breed. Het gebouw dankt zijn naam aan de legende van de Bedoeïenen die dachten dat de graftombe het werk moest zijn geweest van de Farao van Egypte. In zijn achtervolging op Mozes en het Israëlische volk, werd hij gehinderd door het feit dat hij al zijn schatten moest meeslepen. De farao, bekend met zijn krachten van zwarte magie, bouwde toen een schatkamer en sloeg in de urn op de top van het gebouw zijn schatten op zodat hij zijn achtervolging kon inzetten. Onderzoekers hebben onlangs aangetoond dat de bouw van de Khazneh slechts drie maanden heeft geduurd wat een uitzonderlijke prestatie was voor die tijd.
De Zwitser Jean Louis Burckhardt heeft in 1812 Petra herontdekt voor de westerse wereld. Archeologische opgravingen werden opgestart in de jaren twintig van de 20e eeuw en de laatste opgravingscampagne vond plaats van 1993 tot 2002.
Vervolgens liepen we met onze gids langs de meest opvallende en mooiste gebouwen van deze oeroude stad. Onderweg kun je overal souvenirs kopen en als je het niet meer ziet zitten kun je je laten vervoeren op een paard, een dromedaris of een ezel. Deels kan dit ook met paardenkarretjes. Vooral de dromedarissen zijn rijkelijk versierd met kwasten en gekleurde zadeldekken.
Voor ons bezoek aan het grootste gebouw van Petra, het Ad-Dier klooster besloten we gebruik te maken van een muilezel. Moeiteloos beklommen de dieren de 800 treden omhoog naar het klooster. Een fantastische, maar ook enge ervaring. Wat zijn deze beesten sterk. Vooral toen ze over de smalle muurtjes omhoog liepen voelden we ons niet echt op ons gemak. Ze gaan van links naar rechts over het pad en we waren blij dat we boven waren. Het laatste stuk moesten we lopen, maar eenmaal boven keken we onze ogen uit.
Vanaf het klooster hadden we nog de keus om iets verderop vanaf een uitkijkpunt het er achter gelegen dal te bekijken op aanraden van onze gids kozen we voor de middelste van de drie uitkijkpunten. Teruglopend kwamen we alleen maar hijgende mensen tegen en daarom waren we achteraf reuze blij dat we op de heenweg deze krachtproef aan een getrainde muilezel hadden overgelaten.
In het centrum van de stad genoten we in het restaurant van een prima lunch en daarna liepen we via de resten van de Byzantijnse kerk naar de koningsgraven en de straat van de graffaçades terug naar de uitgang van Petra.
Overal probeerden ze ons hun handel te verkopen of per lastdier naar de uitgang te vervoeren. We kozen voor de benenwagen en omdat het licht nu erg mooi was konden we op de terugweg de mooiste foto's maken.
Al met al hebben we vandaag ca. 19 km afgelegd in deze onmetelijk grote oude stad.
Bij de uitgang liepen we bij toeval Jaap weer tegen het lijf. Hij stond op het punt met de bus naar Aqaba te vertrekken. We schreven nog wat kaarten naar de kleinkinderen en daarna wandelden we terug naar ons hotel.
De komende twee dagen zitten we in Wadi Rum dus zullen jullie geduld moeten hebben voor onze verdere belevenissen.
De foto's kunnen jullie zien op de Facebookpagina van Corrie.
LOGO
zondag 30 maart 2014
Dag 8 zaterdag 29 maart
Om 07.00 uur werden we door onze gids Ali en zijn chauffeur afgehaald bij ons hotel.
In 1.30 uur reden we via Shobak waar we op afstand genoten van het tweede kruisvaarders kasteel op onze reis. Door een aardbeving is het deels ingestort maar de onderaardse gangen zijn nog deels in tact en de uitgangen zijn vanaf de weg duidelijk waarneembaar. We vervolgden onze weg naar het startpunt van naar wat later bleek één van de hoogtepunten van onze reis tot nu toe.
We starten hier onze 16 km lange trail door de Wadi Ghweir kloof waar dankzij natuurlijke zoetwater bronnen het hele jaar water door stroomt en waarvan de weelderige plantengroei schitterend is. Het was een prachtige wandeling van begin tot het eind. Het is een spectaculaire wandeling van 6 à 7 uur, waarvan het laatste deel als je hem bergafwaarts loopt vrij gemakkelijk. Het overgrote deel loop
je in de schaduw en volg je een verfrissende stroom water. In het begin is het wat klauterwerk om door de prachtige en soms smalle kloof van ± 2 meter (Siq) te komen, maar na ± 3 km wordt het allemaal wat vlakker. Toch werden we onderweg medere malen verrast en moesten we tot het middel door het water waden.
Ook moesten we bij één van de watervallen onderweg geholpen door Ali een broekafdaling maken.je loopt constant op waterschroeven over stenen, dat valt soms wel tegen als je voor de zoveelste keer op kleine steentjes loopt in je schoenen. Op advies van Ali hadden we sokken aangedaan.
Na de rode Siq van zandsteen volgden we een stroom water door een continue veranderend landschap. We kwamen langs hangende tuinen met palmbomen, varens en vochtige groene mossen, die uit de rode Canyon muren te voorschijn kwamen en ook stonden er onderweg vele oleanders, deels in bloei.
Puur zuiver bronwater sijpelde er uit de wanden van de Canyon en op sommige punten kon je het volgens Ali zelfs drinken. Om je fles te vullen had hij vorig jaar ergens een pijpje in de wand geslagen en inderdaad stroomde daar het water keurig in een straaltje naar beneden. We waanden ons onderweg echt in een tropisch paradijs. Het laatste deel van de trail liepen we door een bredere kloof met overwegend basaltsteen. Vooral 's middags was het hier een stuk warmer door de zon die hier ruim spel heeft.
Het was een fantastische ervaring, wat een natuur, wat een geweld als hier 's winters een vloedgolf doorheen stroomt. Duidelijk konden we dit onderweg waarnemen. Immense stenen hadden zich over kilometers afstand verplaatst en ook voor Ali waren er weer de nodige verrassingen t.o.v. vorig jaar.
Om 15.00 uur arriveerden bij het eindpunt van ons trail, waar onze chauffeur keurig stond te wachten. Daarna moesten we nog een spectaculaire rit maken van ca. 2 uur naar ons hotel in Petra. De grotendeels gravelroad liep over een pas van 1000 m.
Onderweg hoorden we dat we vanavond gast zijn van Jordan Experience Travel voor een diner in de stad. Morgen om 08.30 uur gaan we o.l.v. een gids het wereldwonder Petra verkennen.
Om 07.00 uur werden we door onze gids Ali en zijn chauffeur afgehaald bij ons hotel.
In 1.30 uur reden we via Shobak waar we op afstand genoten van het tweede kruisvaarders kasteel op onze reis. Door een aardbeving is het deels ingestort maar de onderaardse gangen zijn nog deels in tact en de uitgangen zijn vanaf de weg duidelijk waarneembaar. We vervolgden onze weg naar het startpunt van naar wat later bleek één van de hoogtepunten van onze reis tot nu toe.
We starten hier onze 16 km lange trail door de Wadi Ghweir kloof waar dankzij natuurlijke zoetwater bronnen het hele jaar water door stroomt en waarvan de weelderige plantengroei schitterend is. Het was een prachtige wandeling van begin tot het eind. Het is een spectaculaire wandeling van 6 à 7 uur, waarvan het laatste deel als je hem bergafwaarts loopt vrij gemakkelijk. Het overgrote deel loop
je in de schaduw en volg je een verfrissende stroom water. In het begin is het wat klauterwerk om door de prachtige en soms smalle kloof van ± 2 meter (Siq) te komen, maar na ± 3 km wordt het allemaal wat vlakker. Toch werden we onderweg medere malen verrast en moesten we tot het middel door het water waden.
Ook moesten we bij één van de watervallen onderweg geholpen door Ali een broekafdaling maken.je loopt constant op waterschroeven over stenen, dat valt soms wel tegen als je voor de zoveelste keer op kleine steentjes loopt in je schoenen. Op advies van Ali hadden we sokken aangedaan.
Na de rode Siq van zandsteen volgden we een stroom water door een continue veranderend landschap. We kwamen langs hangende tuinen met palmbomen, varens en vochtige groene mossen, die uit de rode Canyon muren te voorschijn kwamen en ook stonden er onderweg vele oleanders, deels in bloei.
Puur zuiver bronwater sijpelde er uit de wanden van de Canyon en op sommige punten kon je het volgens Ali zelfs drinken. Om je fles te vullen had hij vorig jaar ergens een pijpje in de wand geslagen en inderdaad stroomde daar het water keurig in een straaltje naar beneden. We waanden ons onderweg echt in een tropisch paradijs. Het laatste deel van de trail liepen we door een bredere kloof met overwegend basaltsteen. Vooral 's middags was het hier een stuk warmer door de zon die hier ruim spel heeft.
Het was een fantastische ervaring, wat een natuur, wat een geweld als hier 's winters een vloedgolf doorheen stroomt. Duidelijk konden we dit onderweg waarnemen. Immense stenen hadden zich over kilometers afstand verplaatst en ook voor Ali waren er weer de nodige verrassingen t.o.v. vorig jaar.
Om 15.00 uur arriveerden bij het eindpunt van ons trail, waar onze chauffeur keurig stond te wachten. Daarna moesten we nog een spectaculaire rit maken van ca. 2 uur naar ons hotel in Petra. De grotendeels gravelroad liep over een pas van 1000 m.
Onderweg hoorden we dat we vanavond gast zijn van Jordan Experience Travel voor een diner in de stad. Morgen om 08.30 uur gaan we o.l.v. een gids het wereldwonder Petra verkennen.
vrijdag 28 maart 2014
Dag 7 vrijdag 28 maart
Na een prima ontbijt vertrokken we om 08.30 uur te voet richting het op ca. 3 km van de Lodge gelegen gebied waar de oude inmiddels verlaten kopermijnen liggen.
De temperaturen waren vandaag behoorlijk hoog, maar door een zacht briesje was het goed te doen. Ali, onze gids kwam ook voor het eerst in dit gebied, maar zonder blikken of blozen liep hij er rechtstreeks naar toe. Pas bij aankomst vertelde hij ons dat het ook voor hem de eerste keer was en dat hij van een collega de route had gehoord. De bedoeïen hebben in dit gebied absoluut geen gps nodig, zij doen alles op het gevoel. De mijnen bestonden uit diepe putten, waar men zich vroeger met een touw in liet zakken om vervolgens de stenen met de koperaders los te bikken. Het moet een hels karwei geweest zijn.
Helaas struikelde Carel over een loszittende steen, maar gelukkig kon hij zich goed opvangen met z'n linkerhand. Helaas ontstond hierin een diepe wond in de bal tussen de pink en ringvinger. Ali en wij waren de first aid kit vergeten, maar met één pleister, papieren zakdoeken en bandjes van een plastic zak konden we de wond provisorisch verbinden . We besloten om infectie te voorkomen niet verder te lopen zoals gepland, maar terug te keren richting de Lodge. Onderweg werden we na 7,1 km lopen door een pick-up opgewacht. Als eerste reden we naar een verderop gelegen dokterspost (in Jordanië is het vandaag zondag). Vakkundig werd door de aanwezige arts (hij had zijn opleiding in Rusland gehad) alles schoongemaakt en verdoofd. Daarna werden er zes hechtingen geplaatst en de zaak vakkundig verbonden. Na drie kwartier was alles gepiept en bedroegen de kosten, inclusief antibiotica voor de komende 5 dagen 10 Jordaanse Dinar ( ca € 10.00).
Vervolgens gingen we met de jeep door de Wadi Araba naar een geschikte plaats om in de schaduw te lunchen. Wederom een perfecte lunch te velde.
Vervolgens reden we over een fantastische door de bergen vanuit de Wadi Araba naar Wadi Musa (Klein Petra). Klein Petra was de plek waar vroeger de karavanen stopten, alleen bekenden mochten doorrijden naar Petra zelf.
Het is een kleine Siq van ca. 500 m waar veel plekken in de rotsen zijn uitgehouwen voor de reizigers in vroegere tijden om te overnachten. Tevens is er een uitgekiend watertoevoer systeem vanuit de bergen. In grote gecementeerde putten werd het water opgevangen en bewaard. Indrukwekkend, zeker als aanloop voor het grote Petra.
We vervolgden onze weg naar Petra waar we rond 17.00 uur arriveerden. Wederom een prima hotel met een grote luxe kamer met gesloten balcon en uitzicht op de ingang van Petra.
Morgen vertrekken we om 07.00 uur met Ali naar de Wadi Gweir, waar ons een tocht van 16 km wacht, die we deels lopend en zwemmend moeten afleggen. Carel z'n hand wordt waterdicht ingepakt. We laten ons verrassen. Ons moreel is en blijft hoog. Wat een mooi land is Jordanië en wat zijn de mensen vriendelijk en behulpzaam.
Na een prima ontbijt vertrokken we om 08.30 uur te voet richting het op ca. 3 km van de Lodge gelegen gebied waar de oude inmiddels verlaten kopermijnen liggen.
De temperaturen waren vandaag behoorlijk hoog, maar door een zacht briesje was het goed te doen. Ali, onze gids kwam ook voor het eerst in dit gebied, maar zonder blikken of blozen liep hij er rechtstreeks naar toe. Pas bij aankomst vertelde hij ons dat het ook voor hem de eerste keer was en dat hij van een collega de route had gehoord. De bedoeïen hebben in dit gebied absoluut geen gps nodig, zij doen alles op het gevoel. De mijnen bestonden uit diepe putten, waar men zich vroeger met een touw in liet zakken om vervolgens de stenen met de koperaders los te bikken. Het moet een hels karwei geweest zijn.
Helaas struikelde Carel over een loszittende steen, maar gelukkig kon hij zich goed opvangen met z'n linkerhand. Helaas ontstond hierin een diepe wond in de bal tussen de pink en ringvinger. Ali en wij waren de first aid kit vergeten, maar met één pleister, papieren zakdoeken en bandjes van een plastic zak konden we de wond provisorisch verbinden . We besloten om infectie te voorkomen niet verder te lopen zoals gepland, maar terug te keren richting de Lodge. Onderweg werden we na 7,1 km lopen door een pick-up opgewacht. Als eerste reden we naar een verderop gelegen dokterspost (in Jordanië is het vandaag zondag). Vakkundig werd door de aanwezige arts (hij had zijn opleiding in Rusland gehad) alles schoongemaakt en verdoofd. Daarna werden er zes hechtingen geplaatst en de zaak vakkundig verbonden. Na drie kwartier was alles gepiept en bedroegen de kosten, inclusief antibiotica voor de komende 5 dagen 10 Jordaanse Dinar ( ca € 10.00).
Vervolgens gingen we met de jeep door de Wadi Araba naar een geschikte plaats om in de schaduw te lunchen. Wederom een perfecte lunch te velde.
Vervolgens reden we over een fantastische door de bergen vanuit de Wadi Araba naar Wadi Musa (Klein Petra). Klein Petra was de plek waar vroeger de karavanen stopten, alleen bekenden mochten doorrijden naar Petra zelf.
Het is een kleine Siq van ca. 500 m waar veel plekken in de rotsen zijn uitgehouwen voor de reizigers in vroegere tijden om te overnachten. Tevens is er een uitgekiend watertoevoer systeem vanuit de bergen. In grote gecementeerde putten werd het water opgevangen en bewaard. Indrukwekkend, zeker als aanloop voor het grote Petra.
We vervolgden onze weg naar Petra waar we rond 17.00 uur arriveerden. Wederom een prima hotel met een grote luxe kamer met gesloten balcon en uitzicht op de ingang van Petra.
Morgen vertrekken we om 07.00 uur met Ali naar de Wadi Gweir, waar ons een tocht van 16 km wacht, die we deels lopend en zwemmend moeten afleggen. Carel z'n hand wordt waterdicht ingepakt. We laten ons verrassen. Ons moreel is en blijft hoog. Wat een mooi land is Jordanië en wat zijn de mensen vriendelijk en behulpzaam.
donderdag 27 maart 2014
Dag 6 Donderdag 27 maart
Na een voortreffelijke nachtrust in de stilte tussen de immense bergruggen om ons heen stonden we om 07.00 uur op om ons voor te bereiden op onze eerste krachtsinspanning tijdens onze tour. We pakten op aanraden van Ali, onze nieuwe Bedouin gids, geboren en getogen in Petra, onze rugzakken zorgvuldig in. We moesten het tot een minimum beperken. Onze overige bagage ging naar een depot en zien we pas over twee dagen in Petra terug.
Het was even goed nadenken wat wel en wat niet. Bovendien moest er per man 2.5 liter water mee. Helaas hebben we de foto oplader voor onze IPAD vergeten. Dus het is even wachten tot in Petra om ze te zien.
Het ontbijt was voortreffelijk en met name het zelfgemaakte hibiscussap een soort bessensap smaakte voortreffelijk.
We hebben genoten van dit prachtige Guesthouse, ruim opgezet, prima kamers, enorm gastvrij en schitterend gelegen met uitzicht op het dal. Dana zelf dateert uit het stenen tijdperk en het is zeer de moeite waard dat vele huizen, deels als ruïne nog bestaan. Helaas wonen er maar weinig mensen omdat men naar het rijkere noorden is getrokken. Momenteel probeert men hier met name weer banen te creëren in het toerisme etc. Om de dorpjes weer in oude glorie te herstellen. Dana heeft ook twee hotels, alles uiterst eenvoudig maar met uiterst vriendelijk personeel. Vanuit Dana zijn er ook in de omgeving diverse korte trails met of zonder gids te maken.
Samen met onze gids Ali vertrokken we om 09.15 uur vanaf Dana Guesthouse daarna richting Feynan (Arabisch voor zwart haar) Eco Lodge. De Dana trail van ca. 14 km was begonnen.
Bij het begin van de trail stopten we en kregen we van Ali, die een grote rugzak bij zich had met proviand voor onderweg, de eerste uitleg over zijn land, de cultuur, het huidige leven in Jordanië en in de directe omgeving.
Hij was zeer goed opgeleid (16 jaar officier bij de commando's van het Jordaanse leger) en vertelde onderweg honderd uit.
Bij onze eerste stop kregen we een blikje jus d'orange, een appel en een komkommer.
Bij de volgende stop haalde hij een theepot te voorschijn en op een vuurtje maakte hij voor ons een heerlijke kop Arabische thee.
Tijdens daarop volgende lunch wederom thee en heerlijk Turks brood met tomaten, komkommer, tonijn, Cheddar kaas, humus etc.
Tijdens de lunch hadden we een diepgaand gesprek over de Islam. Hij is zeer recht door zee en hecht aan de bestaande tradities. Jordanië ondergaat sinds de tachtiger jaren een enorme verandering. De eeuwenoude tradities vervagen. Koning Abdul en zijn vrouw Rani zijn ook moderne mensen, die veel van de wereld zien.
Het land is volgens hem volledig veilig, maar helaas verandert er door de dreigingen vanuit de naburige landen veel. Sinds 2006 zijn er trails uitgezet in het Dana Nature Reserve en Ali was één van de eerste gidsen. Het betreurt het ten zeerste dat er momenteel zo weinig toeristen zijn.
De Wadi Dan Trail is een absolute topper, qua moeilijkheidsgraad is het goed te doen. Het pad loopt grotendeels naar beneden en heeft een totaal verval van ca. 1000 m. Alleen als je naar beneden over de losse stenen loopt moet je goed oppassen. Hier en daar is het erg steil en moet je extra opletten waar je je voeten zet.
De omgeving is alsof je door een Canyon loopt met een overwegend droge rivier. Hier en daar staan er veel planten en bloemen. Ook stonden er veel oleander struiken, die in april vol in bloei staan. Dit geldt ook voor de Black Iris, de nationale bloem van Jordanië. In september/oktober moet dit dal helemaal wit kleuren van de Ajuin plant (een soort ui op steel). De rotsen bestaan overwegend uit zandsteen en basaltsteen. Onderweg vonden we ook steentjes met koper. Vroeger werd in deze omgeving veel koper gewonnen.
Om 16.00 uur arriveerden we bij de Feynan Eco Lodge en werden we welkom geheten met een kopje kruiden thee (12 verschillende soorten). Een remedie om de volgende dag weer fris aan de start te verschijnen.
Alles wordt hier ecologisch gemanaged, geen lampen alleen kaarslicht, geen vlees, uitsluitend vegetarisch, geen cola, alleen zuivere vruchtendranken etc.
De kamer met balcon is fantastisch ingericht en van alle gemakken voorzien (overal kaarslicht, alleen een lampje op het toilet).
De maaltijd, buiten op het terras smaakte voortreffelijk. Hij wordt op traditionele Bedoeïen wijze klaargemaakt. We konden uit wel 10 salades van groenten etc kiezen. Als toetje kregen een vanille puddinkje met kaneel.
Bij terugkeer op onze kamer genoten we van een gezellige sfeer bij kaarslicht. Om 19.30 uur kregen we uitleg wat er hier allemaal te doen was in de omgeving en werd de indeling voor de volgende dag gemaakt.
Daarna toog iedereen naar het dakterras om liggend te genieten van de sterrenhemel. Met laserstralen werden de belangrijkste sterren en sterrenstelsels aangeduid. Ook het hierbij aangeboden glaasje thee smaakte voortreffelijk.
We gaan nu sluiten, de klok gaat een uur vooruit vannacht (Islam weekend), jullie kunnen nog twee dagen genieten van de wintertijd.
We begrijpen dat een reactie niet mogelijk is via het blog. Mocht je er toch behoefte aan hebben dan kan het ook via carel.hubert@casema.nl
Na een voortreffelijke nachtrust in de stilte tussen de immense bergruggen om ons heen stonden we om 07.00 uur op om ons voor te bereiden op onze eerste krachtsinspanning tijdens onze tour. We pakten op aanraden van Ali, onze nieuwe Bedouin gids, geboren en getogen in Petra, onze rugzakken zorgvuldig in. We moesten het tot een minimum beperken. Onze overige bagage ging naar een depot en zien we pas over twee dagen in Petra terug.
Het was even goed nadenken wat wel en wat niet. Bovendien moest er per man 2.5 liter water mee. Helaas hebben we de foto oplader voor onze IPAD vergeten. Dus het is even wachten tot in Petra om ze te zien.
Het ontbijt was voortreffelijk en met name het zelfgemaakte hibiscussap een soort bessensap smaakte voortreffelijk.
We hebben genoten van dit prachtige Guesthouse, ruim opgezet, prima kamers, enorm gastvrij en schitterend gelegen met uitzicht op het dal. Dana zelf dateert uit het stenen tijdperk en het is zeer de moeite waard dat vele huizen, deels als ruïne nog bestaan. Helaas wonen er maar weinig mensen omdat men naar het rijkere noorden is getrokken. Momenteel probeert men hier met name weer banen te creëren in het toerisme etc. Om de dorpjes weer in oude glorie te herstellen. Dana heeft ook twee hotels, alles uiterst eenvoudig maar met uiterst vriendelijk personeel. Vanuit Dana zijn er ook in de omgeving diverse korte trails met of zonder gids te maken.
Samen met onze gids Ali vertrokken we om 09.15 uur vanaf Dana Guesthouse daarna richting Feynan (Arabisch voor zwart haar) Eco Lodge. De Dana trail van ca. 14 km was begonnen.
Bij het begin van de trail stopten we en kregen we van Ali, die een grote rugzak bij zich had met proviand voor onderweg, de eerste uitleg over zijn land, de cultuur, het huidige leven in Jordanië en in de directe omgeving.
Hij was zeer goed opgeleid (16 jaar officier bij de commando's van het Jordaanse leger) en vertelde onderweg honderd uit.
Bij onze eerste stop kregen we een blikje jus d'orange, een appel en een komkommer.
Bij de volgende stop haalde hij een theepot te voorschijn en op een vuurtje maakte hij voor ons een heerlijke kop Arabische thee.
Tijdens daarop volgende lunch wederom thee en heerlijk Turks brood met tomaten, komkommer, tonijn, Cheddar kaas, humus etc.
Tijdens de lunch hadden we een diepgaand gesprek over de Islam. Hij is zeer recht door zee en hecht aan de bestaande tradities. Jordanië ondergaat sinds de tachtiger jaren een enorme verandering. De eeuwenoude tradities vervagen. Koning Abdul en zijn vrouw Rani zijn ook moderne mensen, die veel van de wereld zien.
Het land is volgens hem volledig veilig, maar helaas verandert er door de dreigingen vanuit de naburige landen veel. Sinds 2006 zijn er trails uitgezet in het Dana Nature Reserve en Ali was één van de eerste gidsen. Het betreurt het ten zeerste dat er momenteel zo weinig toeristen zijn.
De Wadi Dan Trail is een absolute topper, qua moeilijkheidsgraad is het goed te doen. Het pad loopt grotendeels naar beneden en heeft een totaal verval van ca. 1000 m. Alleen als je naar beneden over de losse stenen loopt moet je goed oppassen. Hier en daar is het erg steil en moet je extra opletten waar je je voeten zet.
De omgeving is alsof je door een Canyon loopt met een overwegend droge rivier. Hier en daar staan er veel planten en bloemen. Ook stonden er veel oleander struiken, die in april vol in bloei staan. Dit geldt ook voor de Black Iris, de nationale bloem van Jordanië. In september/oktober moet dit dal helemaal wit kleuren van de Ajuin plant (een soort ui op steel). De rotsen bestaan overwegend uit zandsteen en basaltsteen. Onderweg vonden we ook steentjes met koper. Vroeger werd in deze omgeving veel koper gewonnen.
Om 16.00 uur arriveerden we bij de Feynan Eco Lodge en werden we welkom geheten met een kopje kruiden thee (12 verschillende soorten). Een remedie om de volgende dag weer fris aan de start te verschijnen.
Alles wordt hier ecologisch gemanaged, geen lampen alleen kaarslicht, geen vlees, uitsluitend vegetarisch, geen cola, alleen zuivere vruchtendranken etc.
De kamer met balcon is fantastisch ingericht en van alle gemakken voorzien (overal kaarslicht, alleen een lampje op het toilet).
De maaltijd, buiten op het terras smaakte voortreffelijk. Hij wordt op traditionele Bedoeïen wijze klaargemaakt. We konden uit wel 10 salades van groenten etc kiezen. Als toetje kregen een vanille puddinkje met kaneel.
Bij terugkeer op onze kamer genoten we van een gezellige sfeer bij kaarslicht. Om 19.30 uur kregen we uitleg wat er hier allemaal te doen was in de omgeving en werd de indeling voor de volgende dag gemaakt.
Daarna toog iedereen naar het dakterras om liggend te genieten van de sterrenhemel. Met laserstralen werden de belangrijkste sterren en sterrenstelsels aangeduid. Ook het hierbij aangeboden glaasje thee smaakte voortreffelijk.
We gaan nu sluiten, de klok gaat een uur vooruit vannacht (Islam weekend), jullie kunnen nog twee dagen genieten van de wintertijd.
We begrijpen dat een reactie niet mogelijk is via het blog. Mocht je er toch behoefte aan hebben dan kan het ook via carel.hubert@casema.nl
woensdag 26 maart 2014
Dag 5 woensdag 26 maart
Na een uitstekende nachtrust werden we rond 7 uur verrast met gezang en gebed van de schoolkinderen van de Grieks Orthodoxe Kerk op het plein van de St. George Kerk.
Om 08.15 uur vertrokken we op weg naar Dana Nature Reserve. Buiten Madaba zagen we grote huizen, die in allerlei pastelkleuren waren geverfd. Verder waren er onvoorstelbaar veel huizen in aanbouw en daarom ziet het er onderweg rommelig uit. Overal ligt afval langs de weg en het stikt er van rondvliegende plastic zakken.
Het landschap langs de King's highway was prachtig met aanvankelijk groene valleien met veel olijfplantages en daarna een fabelachtig berglandschap. Velen vinden dit het mooiste deel van Jordanië. De kale ruwe schoonheid, afgewisseld met groene delen, waar de Bedoeïen schapen- en geitenhoeders in grote getale hun kuddes hoedden.
We stopten regelmatig om van de uitzichten te genieten. Eerst bij de Wadi Mujib, waar hier en daar nog een beetje water in stond en veel vogels nestelden aan de rand in de hoge bomen. Vervolgens reden we over de top en daarna door het dal over de enorme dam die men hier heeft aangelegd. Daarna klommen we weer met de auto omhoog en op de top was vanzelfsprekend een koffieplek met uitzicht op het gigantische stuwmeer. We hadden hier een fenomenaal uitzicht en Sammy, een Bedoeïen die hier samen met zijn hond woont verwelkomde ons op een uiterst vriendelijke wijze. Hij sprak perfect Engels en maakte voor ons Arabische koffie met kardamon. Zijn humor was onbegrensd. Hij was 42 jaar en na het overlijden van zijn vrouw twee jaar geleden is hij hier op de berg gaan wonen om overdag de nodige afleiding te hebben. Uiteraard is hij hier 's nacht heel eenzaam. Hij liet ons zijn slaapplaats in zijn tent zien, gekleurde tapijten aan de wand met in het midden een vierkant gestreepte hemel. Tijdens de koffie gezeten op een ware sofa aan de rand van de berg daagde hij Carel uit met een partijtje steengooien vanaf de berg de vallei in. Het is vergeefse moeite als je denkt hem te kunnen verslaan. Enfin je kunt het altijd proberen als je een keertje in de buurt bent! Als grapje moest je als verliezer je eigen steen uit de vallei ophalen, maar dat heb ik maar achterwege gelaten.
Ook Corrie en onze chauffeur Osama deden nog een poging, maar Sammy wierp zijn steen steeds verder weg. Volgens ons verbeterde hij het Olympisch record elke keer weer.
Hij had zo'n lol dat hij aanvankelijk niet wilde dat we onze koffie betaalden, maar gezien zijn harde bestaan en eenzaamheid op de berg stonden we erop dat hij onze donatie accepteerde. Hij bedankte ons veelvoudig.
We reden verder richting Kerak. Onderweg zijn er in Jordanië, zowel op de hoofdwegen, alsook op de wegen in de steden enorm veel verkeersdrempels aangelegd. In Kerak kregen we misschien daarom wel een lekke band en moesten we midden in één van de smalle straatjes in het centrum de band vervangen. Drie mannen hielpen Osama om z.s.m. het wegrijdertje te plaatsen. Het was enorm druk en je kon hier werkelijk van alles kopen, levende kippen, schoenen, fruit, karkassen vlees die gekoeld voor het raam aan een haak hingen enz. enz. Daarna bracht hij ons naar de kolossale Kruisvaardersburcht en ging hij op zoek naar een garage. De grote burcht die tot op vandaag het stadscentrum van Karak nog steeds domineert, werd in 1132 opgericht op wens van de kruisvaarder Boudewijn I die in 1100 na de dood van zijn broer Godfried van Bouillon tot koning van Jeruzalem werd gekroond. De burcht is van 1142 tot 1161 herbouwd over een periode van twintig jaar.
Het kasteel heeft een hoogte van 950 meter en telt zeven niveaus waarbij verscheidene
verdiepingen uit de rotsen zijn gehouwen.
Het is een typische kruisvaarders burcht met stenen gewelven, kamers en gangen die verbonden zijn door zware bogen en deuropeningen en er zijn nog resten van kazernes en kapellen.
De gids vertelde ons dat je als toerist ook nog in één van de gewelven kunt overnachten. Een mooie ervaring misschien voor de echte diehards!
Na ons bezoek lunchten we in een klein Jordaans restaurantje net naast de ingang van de burcht.
We vervolgden onze weg over de prachtig afwisselende King's Highway via Tafilah, een universiteitsstad voor zuid Jordanië. Osama trakteerde ons hier op kanafeh, een verrukkelijke zoete gebakken lekkernij van tarwemeel en kaas met een rode zoete siroop.
Daarna arriveerden we om 16.00 uur in het Dana Guesthouse.
Het Guesthouse ligt op 1176 m met een schitterend uitzicht, waar we heerlijk zittend in de zon op ons terras van konden genieten. De douches en toiletten zijn op de gang, alles ziet er nieuw en heel modern uit.
Toen de zon om 17.45 uur prachtig onderging konden we nog genieten van een geitenhoeder, die zingend en met zijn fluit heel melodieus met zijn kudde in het dal langs het Guesthouse liep.
Om 18.30 uur stond het diner gereed. Het was lekker en gezellig. In een gemêleerd gezelschap van Fransen, Engelsen, een Schot met zijn Nederlandse vrouw en een Japanse was het goed vertoeven.
Momenteel zijn er zeven natuurreservaten in Jordanië en er zijn plannen om dit aantal nog verder uit te breiden. Het gemakkelijkst toegankelijk is het natuurreservaat Dana in het zuiden tussen Tafilah en Petra. Het bestaat uit een aantal ruige bergen en dalen die zich van het hoogland tot de laaggelegen woestijn van Wadi Araba uitstrekken. Het hoogteverschil bedraagt meer dan 1600 meter en het reservaat omvat dan ook een aantal uiteenlopende ecosystemen, van mediterraan bos tot droge zandwoestijn. Veel dieren die in Dana voorkomen worden ernstig bedreigd (de woestijnkat, Syrische wolf en de torenvalk).
Iit
Na een uitstekende nachtrust werden we rond 7 uur verrast met gezang en gebed van de schoolkinderen van de Grieks Orthodoxe Kerk op het plein van de St. George Kerk.
Om 08.15 uur vertrokken we op weg naar Dana Nature Reserve. Buiten Madaba zagen we grote huizen, die in allerlei pastelkleuren waren geverfd. Verder waren er onvoorstelbaar veel huizen in aanbouw en daarom ziet het er onderweg rommelig uit. Overal ligt afval langs de weg en het stikt er van rondvliegende plastic zakken.
Het landschap langs de King's highway was prachtig met aanvankelijk groene valleien met veel olijfplantages en daarna een fabelachtig berglandschap. Velen vinden dit het mooiste deel van Jordanië. De kale ruwe schoonheid, afgewisseld met groene delen, waar de Bedoeïen schapen- en geitenhoeders in grote getale hun kuddes hoedden.
We stopten regelmatig om van de uitzichten te genieten. Eerst bij de Wadi Mujib, waar hier en daar nog een beetje water in stond en veel vogels nestelden aan de rand in de hoge bomen. Vervolgens reden we over de top en daarna door het dal over de enorme dam die men hier heeft aangelegd. Daarna klommen we weer met de auto omhoog en op de top was vanzelfsprekend een koffieplek met uitzicht op het gigantische stuwmeer. We hadden hier een fenomenaal uitzicht en Sammy, een Bedoeïen die hier samen met zijn hond woont verwelkomde ons op een uiterst vriendelijke wijze. Hij sprak perfect Engels en maakte voor ons Arabische koffie met kardamon. Zijn humor was onbegrensd. Hij was 42 jaar en na het overlijden van zijn vrouw twee jaar geleden is hij hier op de berg gaan wonen om overdag de nodige afleiding te hebben. Uiteraard is hij hier 's nacht heel eenzaam. Hij liet ons zijn slaapplaats in zijn tent zien, gekleurde tapijten aan de wand met in het midden een vierkant gestreepte hemel. Tijdens de koffie gezeten op een ware sofa aan de rand van de berg daagde hij Carel uit met een partijtje steengooien vanaf de berg de vallei in. Het is vergeefse moeite als je denkt hem te kunnen verslaan. Enfin je kunt het altijd proberen als je een keertje in de buurt bent! Als grapje moest je als verliezer je eigen steen uit de vallei ophalen, maar dat heb ik maar achterwege gelaten.
Ook Corrie en onze chauffeur Osama deden nog een poging, maar Sammy wierp zijn steen steeds verder weg. Volgens ons verbeterde hij het Olympisch record elke keer weer.
Hij had zo'n lol dat hij aanvankelijk niet wilde dat we onze koffie betaalden, maar gezien zijn harde bestaan en eenzaamheid op de berg stonden we erop dat hij onze donatie accepteerde. Hij bedankte ons veelvoudig.
We reden verder richting Kerak. Onderweg zijn er in Jordanië, zowel op de hoofdwegen, alsook op de wegen in de steden enorm veel verkeersdrempels aangelegd. In Kerak kregen we misschien daarom wel een lekke band en moesten we midden in één van de smalle straatjes in het centrum de band vervangen. Drie mannen hielpen Osama om z.s.m. het wegrijdertje te plaatsen. Het was enorm druk en je kon hier werkelijk van alles kopen, levende kippen, schoenen, fruit, karkassen vlees die gekoeld voor het raam aan een haak hingen enz. enz. Daarna bracht hij ons naar de kolossale Kruisvaardersburcht en ging hij op zoek naar een garage. De grote burcht die tot op vandaag het stadscentrum van Karak nog steeds domineert, werd in 1132 opgericht op wens van de kruisvaarder Boudewijn I die in 1100 na de dood van zijn broer Godfried van Bouillon tot koning van Jeruzalem werd gekroond. De burcht is van 1142 tot 1161 herbouwd over een periode van twintig jaar.
Het kasteel heeft een hoogte van 950 meter en telt zeven niveaus waarbij verscheidene
verdiepingen uit de rotsen zijn gehouwen.
Het is een typische kruisvaarders burcht met stenen gewelven, kamers en gangen die verbonden zijn door zware bogen en deuropeningen en er zijn nog resten van kazernes en kapellen.
De gids vertelde ons dat je als toerist ook nog in één van de gewelven kunt overnachten. Een mooie ervaring misschien voor de echte diehards!
Na ons bezoek lunchten we in een klein Jordaans restaurantje net naast de ingang van de burcht.
We vervolgden onze weg over de prachtig afwisselende King's Highway via Tafilah, een universiteitsstad voor zuid Jordanië. Osama trakteerde ons hier op kanafeh, een verrukkelijke zoete gebakken lekkernij van tarwemeel en kaas met een rode zoete siroop.
Daarna arriveerden we om 16.00 uur in het Dana Guesthouse.
Het Guesthouse ligt op 1176 m met een schitterend uitzicht, waar we heerlijk zittend in de zon op ons terras van konden genieten. De douches en toiletten zijn op de gang, alles ziet er nieuw en heel modern uit.
Toen de zon om 17.45 uur prachtig onderging konden we nog genieten van een geitenhoeder, die zingend en met zijn fluit heel melodieus met zijn kudde in het dal langs het Guesthouse liep.
Om 18.30 uur stond het diner gereed. Het was lekker en gezellig. In een gemêleerd gezelschap van Fransen, Engelsen, een Schot met zijn Nederlandse vrouw en een Japanse was het goed vertoeven.
Momenteel zijn er zeven natuurreservaten in Jordanië en er zijn plannen om dit aantal nog verder uit te breiden. Het gemakkelijkst toegankelijk is het natuurreservaat Dana in het zuiden tussen Tafilah en Petra. Het bestaat uit een aantal ruige bergen en dalen die zich van het hoogland tot de laaggelegen woestijn van Wadi Araba uitstrekken. Het hoogteverschil bedraagt meer dan 1600 meter en het reservaat omvat dan ook een aantal uiteenlopende ecosystemen, van mediterraan bos tot droge zandwoestijn. Veel dieren die in Dana voorkomen worden ernstig bedreigd (de woestijnkat, Syrische wolf en de torenvalk).
Iit
dinsdag 25 maart 2014
Dag 4 Dinsdag 25 maart
Na een schitterende razendsnelle zonsondergang keken we nog een poosje naar de straaljagers, die vanaf de militaire basis in Azraq een oefenvlucht maakten.
Buiten op het verlichte terras was het zeer aangenaam, maar na verloop van tijd koelde het snel af. Om 19.00 uur genoten we van een overheerlijk buffet, geserveerd door familie uit Azraq. Alles was puur bereid en heerlijk gekruid. We aten salades, kip en in deeg gestoomde vleesballetjes.
Geeske, een Nederlandse vrouw, die alleen met een auto door Jordanië reisde, zat bij ons aan tafel en we wisselden allerlei bijzonderheden over onze reizen met elkaar uit. Ze was al redelijk op leeftijd en had best moeite met het zoeken van de weg. De wegen zijn redelijk tot goed, maar de afslagen worden niet of slecht aangegeven. Vaak alleen maar in het Arabisch. Ook moet je regelmatig een afslag voorbijrijden om even verderop een return te maken naar de andere kant van de weg. Op de terugweg kun je dan wel de juiste afslag nemen.
Na het eten proberen we ons blog tot nu toe in de huiskamer van ons verblijf bij te werken. Helaas kunnen we via de ipad mini geen foto's toevoegen. Ze zijn wel op het Facebook van Corrie te zien. Ook het skypen met de kleinkinderen verliep vlot.
Het was behoorlijk druk in de lodge, omdat een grote groep van de milieu organisatie RSCN (= Royal Society for the Conservation of Nature) een vergadering hadden en de volgende dag de nodige werkzaamheden moesten verrichten in de plaatselijke natuurreservaten. Ze stonden vroeg op om vogels uit te zetten en dat ging niet zonder enige overlast. Ook de honden van de plaatselijke bevolking lieten zich op dat tijdstip horen, alsmede de straaljagers, die nog steeds aan het oefenen waren en natuurlijk riep op dit zelfde tijdstip de moskee tot gebed op!
We hadden gewoon een beetje pech want de lodge is een echte aanrader met uitstekende service, prima ruime kamers, supersnel internet en overheerlijk eten.
Na het ontbijt reden we in 5 minuten naar Azraq Wetland reserve met een mooi en klein bezoekerscentrum waar we hartelijk werden begroet. Verder was er een klein educatief centrum. Buiten loop je ongeveer 1.5 km over mooi aangelegde houten vlonders. Het is triest om te zien dat er bijna geen water meer is en dat deze van oorsprong prachtige oase met een diversiteit aan wild in 20 jaar bijna is uitgedroogd. De aanvoer van het water van de bergen uit Syrië is door de aanleg van dammen tot stilstand gekomen en het resterende water is aanvankelijk voor 75% richting Amman gepompt. Momenteel probeert men het leegpompen te verminderen en zodoende hoopt men op termijn weer verbetering te krijgen.
Onderweg zagen we zwaluwen en een Hop echtpaartje.
Jammergenoeg konden we de geplande safari in het Shaumani Wildlife resort niet maken omdat dit park momenteel gerestaureerd wordt. Volgende maand is de geplande heropening. Het park is 25 vierkante km groot en eigenlijk te klein voor de huidige populatie Arabische gemsbokken.
Om 10.00 uur reden we in ca. 3 uur terug naar Madaba. Onderweg dronken we weer bij de keet koffie bij de twee gebroeders. Ze herkenden ons nog van de dag ervoor. Lachend werden we verwelkomd. 24 uur per dag kun je hier terecht. Terwijl de één waakt slaapt de ander op een matras in de hoek van de keet.
Daarna stopten we onderweg nog bij een broodbakker. Wat een tempo en wat een smaak. Deze ronde Turkse broden werden door 4 mannen in een non-stop tempo bereid. We aten het warm en gekruid met o.a. tijm buiten op. Dat was smullen zo vers en warm uit de oven.
Noord van Madaba is het heuvelachtig en de grond is zeer vruchtbaar en groen gekleurd.
Om 13.15 uur arriveerden we in Pilgrim's Guesthouse, waar we dit keer een grote kamer (3 persoons) kregen met uitzicht op de kerk.
We lunchten op ons balkon, daarna gingen we pinnen en verder Madaba verkennen. Het pinnen met Maestro kon alleen maar bij de Jordan Ahli Bank.
Vandaag was het wat frisser, dus een vestje kon geen kwaad. Op straat zijn de verkopers absoluut niet agressief. Het is een heel levendig stadje, waar je zonder probleem twee dagen kunt verblijven.
We bezochten oude archeologische opgravingen. De kerken, die hier vroeger stonden waren allemaal voorzien van prachtige mozaïeken vloeren, die na de opgravingen nog grotendeels in tact zijn.
Daarna bezochten we de katholieke Johannes de Doper kerk. We werden hier hartelijk begroet en als eerste beklommen we de klokkentoren. We hadden hier een weids uitzicht over de hele omgeving. De kerk is prachtig ingericht met o.a. een schilderij van de doop van Jezus in de Jordaan. Zeker omdat we twee dagen geleden die plaats ook hadden bezocht.
De crypte onder de kerk was van bijzondere kwaliteit. We liepen hier onder de gewelven, die er uitzonderlijk goed bewaard uitzagen. We konden hier water putten uit de eeuwenoude bron, een veelvoud aan mozaïeken bekijken en er was een heuse Bedouïnentent van Ruth uitgebeeld.
Als laatste bezochten we het museum van Madaba. Het puilde uit van voorwerpen uit het verleden en was zeer de moeite waard.
Terug in ons Guesthouse genoten we in de huiskamer van een pot warme thee, die na onze bijna 7 km lange stadswandeling uitstekend smaakte.
Het avondeten was wederom perfect verzorgd, linzensoep visfilet, diverse groente en een zoet toetje toe.
Dit keer met een fles homemade pure rode druivenwijn (€ 15,00 per fles) erbij. Gelukkig is er promotie, de tweede fles is gratis, maar die serveren ze ons de avond voor vertrek.
Morgen rijden we zuidwaarts richting Dana Nature reserve en daarna beginnen de echte krachtsinspanningen.
Na een schitterende razendsnelle zonsondergang keken we nog een poosje naar de straaljagers, die vanaf de militaire basis in Azraq een oefenvlucht maakten.
Buiten op het verlichte terras was het zeer aangenaam, maar na verloop van tijd koelde het snel af. Om 19.00 uur genoten we van een overheerlijk buffet, geserveerd door familie uit Azraq. Alles was puur bereid en heerlijk gekruid. We aten salades, kip en in deeg gestoomde vleesballetjes.
Geeske, een Nederlandse vrouw, die alleen met een auto door Jordanië reisde, zat bij ons aan tafel en we wisselden allerlei bijzonderheden over onze reizen met elkaar uit. Ze was al redelijk op leeftijd en had best moeite met het zoeken van de weg. De wegen zijn redelijk tot goed, maar de afslagen worden niet of slecht aangegeven. Vaak alleen maar in het Arabisch. Ook moet je regelmatig een afslag voorbijrijden om even verderop een return te maken naar de andere kant van de weg. Op de terugweg kun je dan wel de juiste afslag nemen.
Na het eten proberen we ons blog tot nu toe in de huiskamer van ons verblijf bij te werken. Helaas kunnen we via de ipad mini geen foto's toevoegen. Ze zijn wel op het Facebook van Corrie te zien. Ook het skypen met de kleinkinderen verliep vlot.
Het was behoorlijk druk in de lodge, omdat een grote groep van de milieu organisatie RSCN (= Royal Society for the Conservation of Nature) een vergadering hadden en de volgende dag de nodige werkzaamheden moesten verrichten in de plaatselijke natuurreservaten. Ze stonden vroeg op om vogels uit te zetten en dat ging niet zonder enige overlast. Ook de honden van de plaatselijke bevolking lieten zich op dat tijdstip horen, alsmede de straaljagers, die nog steeds aan het oefenen waren en natuurlijk riep op dit zelfde tijdstip de moskee tot gebed op!
We hadden gewoon een beetje pech want de lodge is een echte aanrader met uitstekende service, prima ruime kamers, supersnel internet en overheerlijk eten.
Na het ontbijt reden we in 5 minuten naar Azraq Wetland reserve met een mooi en klein bezoekerscentrum waar we hartelijk werden begroet. Verder was er een klein educatief centrum. Buiten loop je ongeveer 1.5 km over mooi aangelegde houten vlonders. Het is triest om te zien dat er bijna geen water meer is en dat deze van oorsprong prachtige oase met een diversiteit aan wild in 20 jaar bijna is uitgedroogd. De aanvoer van het water van de bergen uit Syrië is door de aanleg van dammen tot stilstand gekomen en het resterende water is aanvankelijk voor 75% richting Amman gepompt. Momenteel probeert men het leegpompen te verminderen en zodoende hoopt men op termijn weer verbetering te krijgen.
Onderweg zagen we zwaluwen en een Hop echtpaartje.
Jammergenoeg konden we de geplande safari in het Shaumani Wildlife resort niet maken omdat dit park momenteel gerestaureerd wordt. Volgende maand is de geplande heropening. Het park is 25 vierkante km groot en eigenlijk te klein voor de huidige populatie Arabische gemsbokken.
Om 10.00 uur reden we in ca. 3 uur terug naar Madaba. Onderweg dronken we weer bij de keet koffie bij de twee gebroeders. Ze herkenden ons nog van de dag ervoor. Lachend werden we verwelkomd. 24 uur per dag kun je hier terecht. Terwijl de één waakt slaapt de ander op een matras in de hoek van de keet.
Daarna stopten we onderweg nog bij een broodbakker. Wat een tempo en wat een smaak. Deze ronde Turkse broden werden door 4 mannen in een non-stop tempo bereid. We aten het warm en gekruid met o.a. tijm buiten op. Dat was smullen zo vers en warm uit de oven.
Noord van Madaba is het heuvelachtig en de grond is zeer vruchtbaar en groen gekleurd.
Om 13.15 uur arriveerden we in Pilgrim's Guesthouse, waar we dit keer een grote kamer (3 persoons) kregen met uitzicht op de kerk.
We lunchten op ons balkon, daarna gingen we pinnen en verder Madaba verkennen. Het pinnen met Maestro kon alleen maar bij de Jordan Ahli Bank.
Vandaag was het wat frisser, dus een vestje kon geen kwaad. Op straat zijn de verkopers absoluut niet agressief. Het is een heel levendig stadje, waar je zonder probleem twee dagen kunt verblijven.
We bezochten oude archeologische opgravingen. De kerken, die hier vroeger stonden waren allemaal voorzien van prachtige mozaïeken vloeren, die na de opgravingen nog grotendeels in tact zijn.
Daarna bezochten we de katholieke Johannes de Doper kerk. We werden hier hartelijk begroet en als eerste beklommen we de klokkentoren. We hadden hier een weids uitzicht over de hele omgeving. De kerk is prachtig ingericht met o.a. een schilderij van de doop van Jezus in de Jordaan. Zeker omdat we twee dagen geleden die plaats ook hadden bezocht.
De crypte onder de kerk was van bijzondere kwaliteit. We liepen hier onder de gewelven, die er uitzonderlijk goed bewaard uitzagen. We konden hier water putten uit de eeuwenoude bron, een veelvoud aan mozaïeken bekijken en er was een heuse Bedouïnentent van Ruth uitgebeeld.
Als laatste bezochten we het museum van Madaba. Het puilde uit van voorwerpen uit het verleden en was zeer de moeite waard.
Terug in ons Guesthouse genoten we in de huiskamer van een pot warme thee, die na onze bijna 7 km lange stadswandeling uitstekend smaakte.
Het avondeten was wederom perfect verzorgd, linzensoep visfilet, diverse groente en een zoet toetje toe.
Dit keer met een fles homemade pure rode druivenwijn (€ 15,00 per fles) erbij. Gelukkig is er promotie, de tweede fles is gratis, maar die serveren ze ons de avond voor vertrek.
Morgen rijden we zuidwaarts richting Dana Nature reserve en daarna beginnen de echte krachtsinspanningen.
maandag 24 maart 2014
Dag 3 maandag 24 maart
Na een heerlijk diner gisteravond hebben we nog een uitgebreid gesprek gehad met de "Father" van de Grieks orthodoxe kerk. Hij is de grondlegger van het huidige Madaba. 20 jaar geleden is hij als kerkvader naar de kerk in Madaba gekomen. Naast de kerk bestond het stadje uit twee huizen.
Nu is het een stad met 3000 inwoners en diverse scholen, waar hij de leiding aan geeft. Op de scholen wordt zowel moslim- alsook christelijk onderwijs gegeven, zowel in het Engels alsook in het Arabisch. Op deze wijze worden de leerlingen klaargestoomd voor hun vervolgopleiding op de universiteit.
Om een en ander te kunnen bekostigen startte hij ook het Pelgrims Guesthouse, waar de vele toeristen een steentje bijdragen aan zijn idealen. Ook een schrijver uit Denemarken vindt hier zijn rust om een roman te schrijven. Er heerst een gezellige huiselijke sfeer en vanuit Madaba zijn de meeste attracties in één dag te bezoeken.
Via zijn organisatie kunnen groepsreizen met standplaats Madaba voor een zeer aantrekkelijke prijs worden georganiseerd, eventueel te combineren met Israël.
Rond 08.15 uur vertrokken we vandaag op weg naar het oosterlijk deel van Jordanië om een bezoek te brengen aan de kastelen, die hier langs de van oorsprong kamelen route richting Saoedi Arabië staan. Het was een heerlijke temperatuur en niets te warm om buiten te vertoeven. Aanvankelijk liep de route tussen Madaba en Amman door een agrarisch gebied, waar veel groenten onder grote witte plastic boogtenten worden gekweekt. Ook zagen we onderweg veel kuddes schapen en dromedarissen (kamelen komen niet voor in Jordanië).
Na een uurtje rijden stopten we bij een "keetje" langs de autoweg voor een kopje straffe Arabische koffie. De jongemannen spraken geen woord Engels, maar gelukkig hadden we Osama, als tolk bij de hand.
In de woestijn staan langs de weg diverse bedrijven, veel kazernes en politieposten.
Na anderhalf uur arriveerden we bij het eerste kasteel op onze route.
Quasr Al Kharaneh bevindt zich op ongeveer 45 kilometer ten zuidoosten van Amman en werd gebouwd in 711 na Chr. als verdediging, maar er wordt verteld dat dit kasteel eens een rustplaats was voor kamelenkaravanen op weg van Arabië naar Syrië en het Noorden. Er zijn in dit kasteel 61 kamers verspreid over twee verdiepingen en er zijn zeer mooie architectonische details onder de vorm van
zuilen, bogen, friezen en rozetten aanwezig.
We konden via trappen de meeste ruimten bereiken en uitgebreid fotograferen. Daarna dronken we in de grote Bedoeïen tent buiten het kasteel koffie, die ons door Arabische mannen werd aangeboden. Corrie kocht nog enkele armbandjes en vervolgens gingen we op weg naar ons tweede kasteel, een oud badhuis een half uurtje rijden verderop.
Quasr Amra is het mooiste en tevens het best bewaarde woestijnkasteel. Dit kasteel werd speciaal gebouwd voor plezier en sport door Kalif Walid in 705-715 na Chr. Het staat bekend om zijn bijzonder prachtige fresco’s op de plafonds en muren die gaan over de jacht en bovendien is er op de binnenkant van één van de koepels een accurate representatie weergegeven van de Zodiac (dierenriem).
De fresco's, vallen nu onder toezicht van UNESCO, en zijn waar mogelijk uitstekend gerestaureerd. De feesttaferelen met beeltenissen van koningen uit zeven culturen, vrouwen, dansers en zangers waren een lust voor het oog. Een kleine Arabier leidde ons op voortreffelijke wijze rond. Hij kon nog zonder bukken door de deuren lopen terwijl wij moesten bukken. Als grapje vroeg hij ons: "Waarom zijn de Nederlanders groter dan de Arabieren?" Welnu was zijn antwoord: "Jullie land ligt zo laag, dan kun je bij een eventuele watersnood je hoofd boven water houden!"
Ook de huidige koning, zijn vader, grootvader, familie en vrienden gebruikten dit kasteel als restroom.
Daarna reden we verder richting Azraq, 55 km van de grens met Saoedi Arabië en 235 km van de grens met Irak. Deze oasestad midden in de woestijn is het handelskruispunt voor alle vervoer naar de buurlanden. Kamelen hebben hier plaatsgemaakt voor vrachtwagens en de oase is nu een moderne doorreisplaats.
In Azraq bezochten we het grote kasteel Quasr Al Azraq. Deze plek is sinds de prehistorie bewoond geweest en het huidige kasteel stamt uit de 13e eeuw. Er zijn ook resten gevonden van Romeinse oorsprong. Het gebouw is opgetrokken in zwarte basaltsteen en geheel ommuurd. Tegen de binnenzijde van de muren zijn
paardenstallen gebouwd en een kleine moskee met mihrab (een gebedsnis in de moskee die de gebedsrichting aangeeft) bevindt zich meer centraal. Boven het poortgebouw zou trouwens de kamer zijn waar T.E. Lawrence (of Arabia) in 1917 de winter doorbracht. Opvallend in dit woestijnkasteel is de massief basalten deur die het complex afsluit. Deze zware deur weegt 3 ton en bestaat uit één stuk basalt
steen. Een knap staaltje handwerk van de Romeinen. Ook hier hadden we een uitstekende plaatselijke gids.
Daarna lunchten we langs de hoofdweg in Azraq Palac Ret. Buiten zaten we heerlijk koel op het terras in de schaduw te genieten van een overheerlijk Jordaans buffet met o.a. Mansaf (balletjes van schapenvlees in een sausje).
De lodge waar we vanavond slapen is een voormalig Brits militair ziekenhuis uit 1940 aan de buitenrand van de stad heeft het wat weg van een bunker, maar binnen is het knus met koloniale uitstraling. Weg van het drukke centrum is dit een heerlijk plekje om in alle rust te genieten. De lodge was voor onze chauffeur moeilijk te vinden.
Eenmaal op onze grote kamer werden we verrast. Alles is modern en strak ingericht.
Het straalt een authentieke sfeer uit gestoken in een modern jasje. Er zijn 17 kamers met uitzicht op de lokale omgeving, waar de huizen zijn opgetrokken in zand en modder kleur. De keuken en het restaurant worden gerund door een lokale Chechen (Tsjetsjeense) familie, die de gasten trakteren op gerechten uit hun traditionele keuken.
We laten ons verrassen!
Na een heerlijk diner gisteravond hebben we nog een uitgebreid gesprek gehad met de "Father" van de Grieks orthodoxe kerk. Hij is de grondlegger van het huidige Madaba. 20 jaar geleden is hij als kerkvader naar de kerk in Madaba gekomen. Naast de kerk bestond het stadje uit twee huizen.
Nu is het een stad met 3000 inwoners en diverse scholen, waar hij de leiding aan geeft. Op de scholen wordt zowel moslim- alsook christelijk onderwijs gegeven, zowel in het Engels alsook in het Arabisch. Op deze wijze worden de leerlingen klaargestoomd voor hun vervolgopleiding op de universiteit.
Om een en ander te kunnen bekostigen startte hij ook het Pelgrims Guesthouse, waar de vele toeristen een steentje bijdragen aan zijn idealen. Ook een schrijver uit Denemarken vindt hier zijn rust om een roman te schrijven. Er heerst een gezellige huiselijke sfeer en vanuit Madaba zijn de meeste attracties in één dag te bezoeken.
Via zijn organisatie kunnen groepsreizen met standplaats Madaba voor een zeer aantrekkelijke prijs worden georganiseerd, eventueel te combineren met Israël.
Rond 08.15 uur vertrokken we vandaag op weg naar het oosterlijk deel van Jordanië om een bezoek te brengen aan de kastelen, die hier langs de van oorsprong kamelen route richting Saoedi Arabië staan. Het was een heerlijke temperatuur en niets te warm om buiten te vertoeven. Aanvankelijk liep de route tussen Madaba en Amman door een agrarisch gebied, waar veel groenten onder grote witte plastic boogtenten worden gekweekt. Ook zagen we onderweg veel kuddes schapen en dromedarissen (kamelen komen niet voor in Jordanië).
Na een uurtje rijden stopten we bij een "keetje" langs de autoweg voor een kopje straffe Arabische koffie. De jongemannen spraken geen woord Engels, maar gelukkig hadden we Osama, als tolk bij de hand.
In de woestijn staan langs de weg diverse bedrijven, veel kazernes en politieposten.
Na anderhalf uur arriveerden we bij het eerste kasteel op onze route.
Quasr Al Kharaneh bevindt zich op ongeveer 45 kilometer ten zuidoosten van Amman en werd gebouwd in 711 na Chr. als verdediging, maar er wordt verteld dat dit kasteel eens een rustplaats was voor kamelenkaravanen op weg van Arabië naar Syrië en het Noorden. Er zijn in dit kasteel 61 kamers verspreid over twee verdiepingen en er zijn zeer mooie architectonische details onder de vorm van
zuilen, bogen, friezen en rozetten aanwezig.
We konden via trappen de meeste ruimten bereiken en uitgebreid fotograferen. Daarna dronken we in de grote Bedoeïen tent buiten het kasteel koffie, die ons door Arabische mannen werd aangeboden. Corrie kocht nog enkele armbandjes en vervolgens gingen we op weg naar ons tweede kasteel, een oud badhuis een half uurtje rijden verderop.
Quasr Amra is het mooiste en tevens het best bewaarde woestijnkasteel. Dit kasteel werd speciaal gebouwd voor plezier en sport door Kalif Walid in 705-715 na Chr. Het staat bekend om zijn bijzonder prachtige fresco’s op de plafonds en muren die gaan over de jacht en bovendien is er op de binnenkant van één van de koepels een accurate representatie weergegeven van de Zodiac (dierenriem).
De fresco's, vallen nu onder toezicht van UNESCO, en zijn waar mogelijk uitstekend gerestaureerd. De feesttaferelen met beeltenissen van koningen uit zeven culturen, vrouwen, dansers en zangers waren een lust voor het oog. Een kleine Arabier leidde ons op voortreffelijke wijze rond. Hij kon nog zonder bukken door de deuren lopen terwijl wij moesten bukken. Als grapje vroeg hij ons: "Waarom zijn de Nederlanders groter dan de Arabieren?" Welnu was zijn antwoord: "Jullie land ligt zo laag, dan kun je bij een eventuele watersnood je hoofd boven water houden!"
Ook de huidige koning, zijn vader, grootvader, familie en vrienden gebruikten dit kasteel als restroom.
Daarna reden we verder richting Azraq, 55 km van de grens met Saoedi Arabië en 235 km van de grens met Irak. Deze oasestad midden in de woestijn is het handelskruispunt voor alle vervoer naar de buurlanden. Kamelen hebben hier plaatsgemaakt voor vrachtwagens en de oase is nu een moderne doorreisplaats.
In Azraq bezochten we het grote kasteel Quasr Al Azraq. Deze plek is sinds de prehistorie bewoond geweest en het huidige kasteel stamt uit de 13e eeuw. Er zijn ook resten gevonden van Romeinse oorsprong. Het gebouw is opgetrokken in zwarte basaltsteen en geheel ommuurd. Tegen de binnenzijde van de muren zijn
paardenstallen gebouwd en een kleine moskee met mihrab (een gebedsnis in de moskee die de gebedsrichting aangeeft) bevindt zich meer centraal. Boven het poortgebouw zou trouwens de kamer zijn waar T.E. Lawrence (of Arabia) in 1917 de winter doorbracht. Opvallend in dit woestijnkasteel is de massief basalten deur die het complex afsluit. Deze zware deur weegt 3 ton en bestaat uit één stuk basalt
steen. Een knap staaltje handwerk van de Romeinen. Ook hier hadden we een uitstekende plaatselijke gids.
Daarna lunchten we langs de hoofdweg in Azraq Palac Ret. Buiten zaten we heerlijk koel op het terras in de schaduw te genieten van een overheerlijk Jordaans buffet met o.a. Mansaf (balletjes van schapenvlees in een sausje).
De lodge waar we vanavond slapen is een voormalig Brits militair ziekenhuis uit 1940 aan de buitenrand van de stad heeft het wat weg van een bunker, maar binnen is het knus met koloniale uitstraling. Weg van het drukke centrum is dit een heerlijk plekje om in alle rust te genieten. De lodge was voor onze chauffeur moeilijk te vinden.
Eenmaal op onze grote kamer werden we verrast. Alles is modern en strak ingericht.
Het straalt een authentieke sfeer uit gestoken in een modern jasje. Er zijn 17 kamers met uitzicht op de lokale omgeving, waar de huizen zijn opgetrokken in zand en modder kleur. De keuken en het restaurant worden gerund door een lokale Chechen (Tsjetsjeense) familie, die de gasten trakteren op gerechten uit hun traditionele keuken.
We laten ons verrassen!
zondag 23 maart 2014
Dag 1 zaterdag 22 maart
Na een goede vlucht zijn we exact op tijd om 22.20 uur plaatselijke tijd (één later dan in Nederland) geland in Amman.
Helaas hadden we bij de douane de nodige vertraging. In onze rij stonden enkele mensen, die voor het nodige oponthoud bij het verkrijgen van een Visum zorgden.
Om 24.00 uur waren we in de hal, waar onze chauffeur Osama op ons stond te wachten.
In ruim een uur arriveerden we in ons eenvoudige, doch schone guesthouse in het centrum van Madaba, gelegen naast de beroemde Griekse Orthodoxe kerk St. George, waarin de oudste mozaïeken vloer met plattegrond van de landkaart van Palestina.
Om 01.30 uur lagen we in bed en om 03.40 uur werden we gewekt door het gebed vanuit de nabijgelegen moskee. Met tussenpozen duurde dit 30 minuten.
Gelukkig vielen we daarna weer in slaap, maar we mogen blij zijn dat in Nederland de moskeeën niet mogen oproepen tot gebed.
Gelukkig werden daarna on 07.30 uur ook de klokken van de St. George handmatig geluid als oproep voor het zondagsgebed van 08.00 tot 10.00 uur.
Wel even wennen allemaal, maar tenslotte ben je hier in een geheel andere wereld.
Dag 2 zondag 23 maart
Na een gezellig, typisch Jordaans ontbijt, goed verzorgd door onze bazin werden we Om 10.00 uur afgehaald door onze chauffeur.
Als eerste vertrokken we naar één van de mooiste plaatsen langs de Koningsroute Mount Nebo. De berg ligt ongeveer 817 meter boven zeeniveau en bevindt zich in het westen van Jordanië aan de rand van de Jordaanvallei en op enkele kilometers ten zuidwesten van Madaba. Het is - volgens de Bijbel (Deuteronomium 34:1) - de plaats waar Mozes, voor hij stierf op de leeftijd van 120 jaar, uitkeek over het Beloofde Land, nadat hij zijn volk veertig jaar lang door de woestijn had geleid. Deze plaats is van betekenis voor zowel joden,christenen als moslims. Bovenop de berg heb je een prachtig uitzicht over de Jordaanvallei en het noordelijke deel van de Dode Zee. De berg zelf roept het beeld op van een Bijbels woestijnlandschap.
De kerk op de berg wordt momenteel gerestaureerd en de mozaïeken vloer is ten toon gesteld in een speciaal aangelegde Bedouïnentent .
Daarna reden we naar Betanië over de Jordaan, gelegen enkele kilometers ten noorden van de Dode Zee. Het een prachtig ruw berglandschap, waar herders hun kudden hoedden en tenten van Bedouïne families stonden. De vallei ligt meer dan 800 m lager dan de berg Nebo. Onderweg is er een controlepost van het Jordaanse leger, die hier volledig bewapend de streek in de gaten houden.
De Jordaan is met zijn bruine modderwater verder bijna nergens bereikbaar omdat hij de grens met Israël vormt. Je kunt wel een glimp opvangen van de Jordaan vanaf één van de bruggen die hem overspannen of bij de Doopplaats van Jezus (in het Arabisch Al-Maghtas of “Plaats van de onderdompeling”). Jarenlang lag deze plek in een verboden militaire zone aan de oever van de Jordaan (staande op de oever ligt de grens met Israël aan de andere oever). Na het vredesverdrag tussen Jordanië en Israël in 1994 keerden archeologen terug en deden op een 2 kilometer lang gedeelte van Wadi Kharrar, ruim 20 vondsten. Byzantijnse kerken, doopbassins uit de Byzantijnse en Romeinse periode, grotten die bewoond werden door monniken en herbergen die plaats boden aan tientallen pelgrims. In middeleeuwse pelgrims- en reisverslagen zijn precies dezelfde overblijfselen beschreven als hier zijn aangetroffen, en ook de topografische kenmerken komen overeen. Op grond daarvan raakte men er snel van overtuigd dat Johannes de Doper (die zowel door moslims als christenen wordt vereerd) aan de oostoever van de Jordaan moet hebben geleefd, en hier hoogstwaarschijnlijk Jezus Christus heeft gedoopt.
Vanaf het toeristencentrum werden we met een bus naar Betanië gebracht en vandaar maakten we een wandeling langs de oude plaatsen, die hier zijn opgegraven en vervolgens bezochten we de prachtige geheel nieuwe Johannes de Doper Kerk (11 jaar oud) en vandaar liepen we naar de doopplaats aan de Jordaan. Vreemd dat je hier oog in oog staat met Israëlische soldaten aan gene zijde en Jordaanse soldaten aan onze zijde en dat de grenspaaltje midden in de rivier stonden. Veel mensen kochten een wit gewaad in de kerk om zich onder te dompelen in de rivier. Ook aan Israëlische zijde vond hetzelfde ritueel plaats.
Terug op weg naar Madaba bezochten we eerst een immense winkel met allerlei handgemaakte souvenirs en uit de Dode Zee vervaardigde producten. Daarna lunchten we in een typisch Jordaans wegrestaurant, waar we ons tegoed deden aan gegrilde kip, diverse soorten brood en eigengemaakte salades. Als toetje namen we Turkse koffie zonder suiker (zij drinken het met veel suiker: mierzoet!).
In Madaba bezochten we de kerk naast ons Guesthouse. De Saint George Church is een Grieks-Orthodoxe kerk gebouwd in 1897. Deze kerk herbergt de bekende mozaïekkaart van het Heilig Land, daterend uit de vroegste eeuwen van het christendom.
Het gaat om de oudste en meest gedetailleerde kaart. Ze omvat het oosten en westen van de Jordaanrivier, van Libanon tot Egypte en van de woestijn tot de Middellandse Zee. De mozaïekkaart was oorspronkelijk opgebouwd uit meer dan twee miljoen stukjes. Slechts een derde hiervan heeft de tijd overleefd.
Tegen vieren was het relaxen geblazen in de grote huiskamer met gratis WIFI.
Om 07.30 uur wacht ons nog een diner.
Na een goede vlucht zijn we exact op tijd om 22.20 uur plaatselijke tijd (één later dan in Nederland) geland in Amman.
Helaas hadden we bij de douane de nodige vertraging. In onze rij stonden enkele mensen, die voor het nodige oponthoud bij het verkrijgen van een Visum zorgden.
Om 24.00 uur waren we in de hal, waar onze chauffeur Osama op ons stond te wachten.
In ruim een uur arriveerden we in ons eenvoudige, doch schone guesthouse in het centrum van Madaba, gelegen naast de beroemde Griekse Orthodoxe kerk St. George, waarin de oudste mozaïeken vloer met plattegrond van de landkaart van Palestina.
Om 01.30 uur lagen we in bed en om 03.40 uur werden we gewekt door het gebed vanuit de nabijgelegen moskee. Met tussenpozen duurde dit 30 minuten.
Gelukkig vielen we daarna weer in slaap, maar we mogen blij zijn dat in Nederland de moskeeën niet mogen oproepen tot gebed.
Gelukkig werden daarna on 07.30 uur ook de klokken van de St. George handmatig geluid als oproep voor het zondagsgebed van 08.00 tot 10.00 uur.
Wel even wennen allemaal, maar tenslotte ben je hier in een geheel andere wereld.
Dag 2 zondag 23 maart
Na een gezellig, typisch Jordaans ontbijt, goed verzorgd door onze bazin werden we Om 10.00 uur afgehaald door onze chauffeur.
Als eerste vertrokken we naar één van de mooiste plaatsen langs de Koningsroute Mount Nebo. De berg ligt ongeveer 817 meter boven zeeniveau en bevindt zich in het westen van Jordanië aan de rand van de Jordaanvallei en op enkele kilometers ten zuidwesten van Madaba. Het is - volgens de Bijbel (Deuteronomium 34:1) - de plaats waar Mozes, voor hij stierf op de leeftijd van 120 jaar, uitkeek over het Beloofde Land, nadat hij zijn volk veertig jaar lang door de woestijn had geleid. Deze plaats is van betekenis voor zowel joden,christenen als moslims. Bovenop de berg heb je een prachtig uitzicht over de Jordaanvallei en het noordelijke deel van de Dode Zee. De berg zelf roept het beeld op van een Bijbels woestijnlandschap.
De kerk op de berg wordt momenteel gerestaureerd en de mozaïeken vloer is ten toon gesteld in een speciaal aangelegde Bedouïnentent .
Daarna reden we naar Betanië over de Jordaan, gelegen enkele kilometers ten noorden van de Dode Zee. Het een prachtig ruw berglandschap, waar herders hun kudden hoedden en tenten van Bedouïne families stonden. De vallei ligt meer dan 800 m lager dan de berg Nebo. Onderweg is er een controlepost van het Jordaanse leger, die hier volledig bewapend de streek in de gaten houden.
De Jordaan is met zijn bruine modderwater verder bijna nergens bereikbaar omdat hij de grens met Israël vormt. Je kunt wel een glimp opvangen van de Jordaan vanaf één van de bruggen die hem overspannen of bij de Doopplaats van Jezus (in het Arabisch Al-Maghtas of “Plaats van de onderdompeling”). Jarenlang lag deze plek in een verboden militaire zone aan de oever van de Jordaan (staande op de oever ligt de grens met Israël aan de andere oever). Na het vredesverdrag tussen Jordanië en Israël in 1994 keerden archeologen terug en deden op een 2 kilometer lang gedeelte van Wadi Kharrar, ruim 20 vondsten. Byzantijnse kerken, doopbassins uit de Byzantijnse en Romeinse periode, grotten die bewoond werden door monniken en herbergen die plaats boden aan tientallen pelgrims. In middeleeuwse pelgrims- en reisverslagen zijn precies dezelfde overblijfselen beschreven als hier zijn aangetroffen, en ook de topografische kenmerken komen overeen. Op grond daarvan raakte men er snel van overtuigd dat Johannes de Doper (die zowel door moslims als christenen wordt vereerd) aan de oostoever van de Jordaan moet hebben geleefd, en hier hoogstwaarschijnlijk Jezus Christus heeft gedoopt.
Vanaf het toeristencentrum werden we met een bus naar Betanië gebracht en vandaar maakten we een wandeling langs de oude plaatsen, die hier zijn opgegraven en vervolgens bezochten we de prachtige geheel nieuwe Johannes de Doper Kerk (11 jaar oud) en vandaar liepen we naar de doopplaats aan de Jordaan. Vreemd dat je hier oog in oog staat met Israëlische soldaten aan gene zijde en Jordaanse soldaten aan onze zijde en dat de grenspaaltje midden in de rivier stonden. Veel mensen kochten een wit gewaad in de kerk om zich onder te dompelen in de rivier. Ook aan Israëlische zijde vond hetzelfde ritueel plaats.
Terug op weg naar Madaba bezochten we eerst een immense winkel met allerlei handgemaakte souvenirs en uit de Dode Zee vervaardigde producten. Daarna lunchten we in een typisch Jordaans wegrestaurant, waar we ons tegoed deden aan gegrilde kip, diverse soorten brood en eigengemaakte salades. Als toetje namen we Turkse koffie zonder suiker (zij drinken het met veel suiker: mierzoet!).
In Madaba bezochten we de kerk naast ons Guesthouse. De Saint George Church is een Grieks-Orthodoxe kerk gebouwd in 1897. Deze kerk herbergt de bekende mozaïekkaart van het Heilig Land, daterend uit de vroegste eeuwen van het christendom.
Het gaat om de oudste en meest gedetailleerde kaart. Ze omvat het oosten en westen van de Jordaanrivier, van Libanon tot Egypte en van de woestijn tot de Middellandse Zee. De mozaïekkaart was oorspronkelijk opgebouwd uit meer dan twee miljoen stukjes. Slechts een derde hiervan heeft de tijd overleefd.
Tegen vieren was het relaxen geblazen in de grote huiskamer met gratis WIFI.
Om 07.30 uur wacht ons nog een diner.
woensdag 12 maart 2014
Abonneren op:
Posts (Atom)